woensdag 7 mei 2014

Verborgen schatten


                                    
 
De natuur laat weten dat het voorjaar is. We worden wakker van gigantische fluitconcerten van de vele vogels die ons domein rijk is, het gescharrel in de vogelhuisjes waar nestjes worden gebouwd voor het grut dat op komst is. De eekhoorntjes zijn drukker dan ooit en vliegen van links en rechts door de tuin op zoek naar voedsel en plekken om het op te slaan. Bloemen en planten ontluiken, en zelf trekken we onze laarzen aan, spitten de tuin om, ontdoen de aardbeienplanten van onkruid en denken na over de groenten die we willen planten en hoe deze te beschermen tegen rupsen, slakken en andere beestjes die we op deze plek liever niet hebben.
Ook Manu heeft het voorjaar in z'n bol. Bij de eerste zonnestralen in de ochtend gaan de kleren uit en loopt hij het liefst de hele dag poedeltjenaakt door de tuin; hij wordt zelfs boos als we weg moeten en hij zijn kleren weer aan moet. Hij prefereert te plassen in de vrije natuur, en opvallend zijn enkele plekken van het gazon waar het gras wel erg hard groeit.
Ook is de jaarlijkse toestroom begonnen van Nederlanders, Engelsen en Franse grote stedelingen die hun tweede huis op het platteland hebben afgestofd en voor de komende maanden hebben betrokken. Zoals onze directe buren uit Parijs, hij al een eind gevorderd in de tachtig en zij begin zestig. Marc wil alleen nog maar in de Creuse wonen en we verdenken hem ervan dat hij ook graag in de vrije natuur plast. De hele winter in Parijs heeft hij Françoise de oren van het hoofd gemopperd en gevraagd wanneer ze eindelijk naar de Creuse vertrekken. Om gek van te worden, al zal ze dat nooit hardop zeggen. Zij kan niet langer dan enkele weken in de Creuse vertoeven en rijdt dan 400 kilometer naar de Franse hoofdstad om een of twee weken cultuur te snuiven en haar familie en vrienden te zien. Een paar dagen geleden is het stel gearriveerd en nu zitten we samen met andere buurvrouw uit ons hameau op het zojuist in elkaar gefabriceerde plastic bankje in de tuin van Marc en Françoise om bij te kletsen. Maar veel tijd heb ik niet, zoals altijd. Er is altijd zoveel te doen. Mijn mailbox zal vast weer volgelopen zijn, we moeten nog aan de slag met de belastingaangifte, er ligt nog een was van een week en het huis moet schoongemaakt nadat we veel familiebezoek hebben gehad. De recent aangeschafte (werk)bus uit Nederland moet ingevoerd worden. Even een toelichting: Rob's installatiebedrijf begint serieuze vormen aan te nemen en hij miste een werkbus. Bovendien waren we wel weer toe aan een nieuwe bureaucratische uitdaging. Het is namelijk een bus met dubbele cabine (voor de kinderen), een nogal onbekend fenomeen in Frankrijk, en dus zullen er nog meer formulieren verzameld moeten worden bij de verschillende instanties om de bus ingevoerd te krijgen. Wordt vervolgd. Terug naar het To Do lijstje: Ik moet Viggo nog opgeven voor judoles en me verdiepen in het Franse schoolritme dat in het nieuwe schooljaar gaat veranderen. Bovendien, de kinderen hebben zojuist na twee weken voorjaarsvakantie hun eerste schooldag er weer op zitten en zijn moe. Op tijd eten dus, en op tijd naar bed. Buurvrouwen kijken naar mijn nerveuze gedraai op het bankje. "Ze moet weg natuurlijk, het is tenslotte al zes uur!", merken ze ironisch op. De buurvrouwen kennen dit, naar hun mening, bizarre eetschema van de Nederlanders. "L'estomac pleure" ("de maag huilt"), doet de ene buurvrouw er nog een schepje boven op.
Dezelfde ochtend heb ik een fietstocht gemaakt met mijn ouders, die enkele dagen op bezoek waren en zojuist met de camper weer vertrokken zijn. Ik meende een leuke route uitgestippeld te hebben, maar we fietsten door een gehuchtje waar we achterna gezeten werden door enkele gemeen uitziende, blaffende honden. Hoewel de deuren van de huizen open stonden, hebben we geen enkele eigenaar gezien om de honden terug te roepen. Vreemd en a-sociaal, vind ik. Een half uur later, hobbelend over keien in de bossen met pittige klimmetjes die ons soms dwingen af te stappen, kwamen we op een plek met slechts een statig huis en een natuurstenen schuur, en bleek de harde weg te stoppen. We zagen de eigenaar bij de schuur en vroegen hem hoe we verder moesten om weer op de route te komen. Hij wees naar een groenbegrast paadje, meer een wandelpad dan een fietspad, maar hij verzekerde ons dat het te doen was. We raakten aan de praat over de prachtige houten sculpturen die hij aan het maken was. "Het kan zo een museum in", merkten we op. "Kom maar binnen", zei hij en hield de schuurdeur voor ons open. We kwamen binnen in een  privé museum met prachtige houtsnijwerken en sculpturen, gelardeerd met diepzinnige Japanse Haiku gedichten.
Ik denk het regelmatig: in de Creuse ligt niks voor het oprapen, je moet voor alles en iedereen moeite doen. Maar hoe kleiner het aanbod is, hoe waardevoller de dingen zijn. Als je op avontuur gaat, en je openstelt, kom je vele verborgen schatten tegen.


Waarom is de glijbaan op deze wijze nou zoveel leuker om mee te spelen? Jongenslogica?
 

 
Paaseieren zoeken bij de buurtjes....


Paaseieren zoeken thuis....


Paaseieren schilderen....
 
En nog meer paaseieren in het dorp, met de bekende clown!

Rob's broer en schoonzus op visite, met een wel zeer ruime omweg onderweg naar de Alpen om te skieën.

Mijn zus, zwager en nichtjes kwamen ook langs, onderweg naar de Spaanse zon.



 
Het is schoolvakantie, dus al het schoolwerk is mee naar huis genomen en wordt kritisch bekeken door opa.


Opa leest voor in de camper.

Verborgen schat in de Creuse: een privé museum vol houten sculpturen.

Dagje uit in Parc Fenestre in La Bourboule (Puy de Dome). Met Manu in de Chenille sur Rails.
 
Chevaux galopants...
 
Toboggans géants...

Petit train...